Hoofd.



Het was nog vroeg, maar gedachten gingen al met me op de loop.
Te veel, te hoog, te diep, te dichtbij, te ver weg.
Tot de gedachten vast liepen.
Tot er geen ruimte meer was. 
Geen ruimte meer om te kunnen bewegen, om te ademen, om mezelf te verstoppen. 

Gevangen in bedachte gedachten.

Een ochtend en vele uren ruzie met mezelf verder.
Is het de fiets pakken en kijken waar ik uitkom.
Dat wat me weer ruimte geeft.
Waaien de gedachten uit mijn hoofd.
Zucht, grom, grom, zucht.......